Nadat Harrison zo nog een aantal andere mogelijke oorzaken – klimaatverandering, epidemieën, belastingdruk – heeft afgeserveerd als dé reden waarom het Romeinse rijk in de vijfde eeuw ten onder ging, komt hij met zijn eigen verklaring: integratie, of beter, het gebrek daaraan.
De Romeinse keizers lieten namelijk Germaanse bondgenoten binnen het rijk toe, die ze vervolgens aan hun lot overlieten. Dat gaf die volken de kans een eigen koninkrijk te stichten, zoals bijvoorbeeld de Visigoten dat vanaf 418 deden in het zuidwesten van Frankrijk. De Romeinen hadden er beter aan gedaan deze voormalige hulptroepen „uit de weg te ruimen” aldus Harrison. „Als dit was bereikt, zou het waarschijnlijk mogelijk zijn geweest om de controle over de periferie te herstellen, parallel aan de implementatie van de broodnodige begrotings- en legerhervormingen.”
Zo komt hij toch nog vrij dicht uit bij de these dat het Romeinse rijk ten onder ging door de inval van barbaren – niet omdat de legioenen te zwak waren, maar omdat de Romeinen verzuimden Noord-Europese migranten écht te integreren, of ze eruit te … >>>